U bent hier: Home » Tijdschrift » Recente uitgaven » 130

Uitgave 130 (februari 2012)

TIJDSCHRIFT HEEMKUNDE HATTEM.

Veertien aquarellen van Hattem uit 1870 herontdekt. Auteur H. Niemeijer.

U hebt waarschijnlijk al vernomen van het  boekje “Souvenir de Hattem”. De heer Niemeijer en de heer Dirk Otten wisten er een mooi geheel van te maken. U krijgt in dit artikel een overzicht hoe deze 14 aquarellen van omstreeks 1870 van de Hattemse schilder Gerrit Jan Scheurleer weer onder de aandacht van de inwoners van de Stad Hattem zijn gebracht. U herkent  bij aanschaf van dit boekje vast allerlei plekjes in en rond onze woonplaats.

 

Aquarel XIII : Interieur. Auteur K. van de Meent.

 

De heer Van der Meent haakt in op de publicatie “Souvenir de Hattem”, waarin de heer Dirk Otten veronderstelt, dat de aquarel een kamer verbeeldt in de ambtswoning van de notaris, die Scheurleer de opdracht gaf voor  het maken van de aquarellen. De auteur weet als geen ander hoe de vork in de steel zit en stelt zijn conclusie met overtuiging tegenover de veronderstelling van de schrijver van het boekje. Leest u maar eens !

 

Over laatmiddeleeuwse burgemeesters en hun bezigheden. Auteur R.M. Even.

Ons blad mag al heel lang profiteren van de schrijversgaven van de heer Even en telkens is weer de verrassing welk onderwerp hij nu weer bij de kop heeft. Welnu, leest u maar eens de elf bladzijden met interessante producten van deze nieuwe studie.

 

Oud Rechtelijk Archief van Hattem en Oud Archief Hattem heeft de schrijver geraadpleegd. Hij kwam lijsten tegen van mensen, die werden gekozen om bestuurlijke taken in de stad te verrichten. Dan hebben we het over een periode van 1433 tot en met 1595. De heer Even heeft de lijsten van de jaren1534 tot en met 1595 doorgewerkt.

Waar de lijsten precies voor dienden is onbekend, maar dat ze niet volledig zijn is duidelijk.

In al die lijsten worden “gecorenen”genoemd, maar wie de kiezers waren is één van de vele  vragen. Aan het einde van de zestiende eeuw wezen schepenen en raad zichzelf aan.

Hoe zo’n lijst er uitziet kunt u bekijken aan de hand van die uit 1433, waarin acht ambten voorkomen en de schrijver voegt die uit latere jaren nog toe.

 

In de band van het Oud Archief is het wapen van Hattem gestempeld.

ambten zijn : Rentmeesters, Financiële controleurs ?, Weidemeesters, Vismeesters, Broodmeesters, Kerkmeesters, “Onser Vrouwen” kerkmeesters,Kerkmeesters van de Heilige Geest of Gasthuismeesters, Beheerders van het oude kerkhof en van Sint Anthonie, Straatmeesters, Veermeesters, Bierkeurders, Provisoren van d ‘Oude Vrouwen en van de huisarmen, Marckmeesters, Belastinggaarders?, Uitvoerders

                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                              Deze .

 

Op een aangenaam te lezen manier loopt de heer Even al die ambten door. Hij plaats daar kanttekeningen bij als wetenswaardigheden, maar dikwijls ook anecdotes.

De functies van rentmeester. Weidemeester, kerkmeester van de Andreaskerk, gasthuismeester, provisor van Sint Anthonie over de Waa, van d’Oude Vrouwen en van de huisarmen vormen een constante factor tegenover de nu eens opkomende, daarna verdwijnende werkterreinen.

Kwamen voor een aantal functies alleen magistraten in aanmerking, bij verschillende andere traden ook niet-magistraten op. Het kerkmeesterschap van de Andreaskerk bleef tot aan het einde van de zestiende eeuw aan magistraten voorbehouden. 

Interessant is ook het gedeelte, dat handelt over de gesignaleerde voor- en achternamen. De lezer zal veel bekends tegenkomen. Beroepen zijn verbonden aan personen en geven inzicht in het werk, dat de Hattemers in de late Middeleeuwen deden.

Van verschillende figuren is sprake van korte roem en anderen zijn algemeen bekend. 

Burgemeesters en schepenen krijgen aparte aandacht. In1395 is voor het eerst sprake van burgemeesters, die uitsluitend in meervoud voorkwamen en tegelijk ook schepenen waren.  Het was een roulatiesysteem, waarbij achttien heren waren betrokken.

Met het overlijden van Frans van Besten in 1538 is er een eind gekomen aan de raad. In traditionele formuleringenblijft de raad als woord nog wel bestaan, totdat het in de negentiende eeuw als instituut weer tot een nieuw en ander leven wordt gewekt.

De algemene tendens is vermindering van het aantal magistraten.

 

De term burgemeester heeft in de loop der tijden de overhand gekregen boven die van schepen. Het woord schepen bleef in feite uitsluitend bij de rechtspraak in gebruik. Burgemeester werd de gewone benaming voor leden van het stadbestuur. De werkzaamheden waren zo veelvuldig in die tijden, dat er meerdere personen nodig waren.

 

Leuk om ook zo weer eens betrokken te worden bij de oude geschiedenis van onze Stad Hattem.

Neem en lees !

 

Koninklijk bezoek. Auteur D. Locht.

De heer Locht is eens gaan speuren of er in Hattem officiële Koninklijke bezoeken hebben plaatsgevonden. Wel heeft prinses Margriet eens het Anton Pieckmuseum geopend en heeft koningin Wilhelmina een aantal malen haar vriendin Cornelia Martina baronesse van Heemstra, de echtgenote van Frederic Adolf Hoefer, bezocht, maar er is slechts één officiëel koninklijk aan Hattem geweest en dat was van Zijne Majesteit Koning Lodewijk Napoleon in 1809.

Aan de hand van officiële stukken krijgt de lezer een indruk hoe dat soort visites in z’n werk gingen.

 

Herdenking 40 jaar Zwembad Hattem.

Wat, zal de lezer denken, gaan ze nu ook in het orgaan van Heemkunde Hattem al over het zwembad beginnen ? Nee, wees gerust. We laten de geschiedenis spreken en zien, dat er in het verleden eensgezindheid was voor het hebben van zo’n voorziening voor de gemeenschap.

Uit de rede van  de heer J.H. Plat op 18 augustus 1967 ter gelegehheid van de herdenking 40 jaar zwembad in Hattem,  blijkt, dat de vereniging van vreemdelingenverkeer aan de wieg heeft gestaan bij de oprichting van het zwembad. Het heeft tien jaren geduurd tot 7 juni 1926 de bestuursvergadering op voorstel van de heer Noordman van 29 mei 1916 besloot te komen tot de oprichting van een bad- en zweminrichting. De heren Dr M. Sypkens Smit, Ir G.W. Lans en D. Schipper van de “Homoet” zorgden met vereende krachten, dat het bad er pas in 1927kwam. Opening op 10 juni 1927 op de locatie bij de kolk achter de molen van de heer  Van de Bos. De “trekkers van het plan" worden hartelijk bedankt door de voorzitter de heer Sypkens Smit.

Het bad wordt bijgehouden en uitgebreid. De gemeente Hattem biedt alle steun. De heer Plat, die z’n hoorders nog aanspreekt met “gij” ( de toespraak is letterlijk overgenomen!) bedankt speciaal de heer Schipper omdat hij meer dan 40 jaar bestuurslid is geweest en het financieel beheer heeft gevoerd. Ook de mede-bestuursleden en mevrouw van Ittersum en badmeester Doesburg worden niet vergeten ! Juist nu het zwembad in dit voorjaar vervangen gaat worden is het interessant dit verhaal eens door te nemen. Ja, we leven inderdaad in een andere tijd.

 

Wat leefde er voorbij “De Kraaienberg” ? Deel III De familie Neppelenbroek. Auteur J. van Vegchel.  

De serie gaat verder. Nu is er speciale aandacht voor de familie Neppelenbroek.

De naam Neppelenbroek komt tegenwoordig niet meer voor in Hattem. De door Jan Nabers verzamelde documentatie en de uitwerking daarvan door Van Veghel maken duidelijk, dat het de moeite waard is dit geslacht nog eens in ons blad aan u voor te stellen.

Voorbij “De Kraaienberg” spoort met de geschiedenis van de rooms-katholieke kerk in

Hein – zijn overgrootmoeder was een

Neppelenbroek -  en Marietje van Vilsteren bewonen thans het pand Geldersedijk 59, dat u bekend zal zijn. Kennen oudere Hattemers de namen van  “jan-Willem-oom", “ Bertemeue “ en  “Sannemeue” ?

 

Hendrikus Neppelenbroek en Willem Neppelenbroek, ze hebben hun rol gespeeld.

De laatstgenoemde opende de mogelijkheid voor de bouw van de “nieuwe kerk” in 1859. De weduwe van Willem, Janna Neppelenbroek-van Dam zette de traditie van materiële bijstand voort.

Dan krijgt ook de oprichting van de Sint Jozefschool nog een plaats in het artikel geheel conform het parochiearchief. Joannes Wilhelmus van de Zande mag in 1870 de functie van hoofdonderwijzer gaan vervullen.

 

Al met al een grote inzet van de vrij kleine rooms-katholieke gemeenschap “voorbij de Kraaienberg”.

 

Jan Luininck en echtgenote. Inkijkjes in de zeventiende eeuwse gezondheidszorg. Auteur D. Snieder.

Grappige binnenkomer van de auteur. Hij memoriseert uit het Gemeentearchief van Den Haag, dat op 14 juli 1613 – dus tijdens het 12-jarig bestand in de Tachtigjarige Oorlog met Spanje – Gerard van Lennep (rekenmeester en Gedeputeerde) uit Hattem trouwt met de Haagse  Margareta Chijs in de Grote Kerk van Den Haag.

Gerard overlijdt in 1625 en z’n vrouw, die haar hele leven in Hattem woonde sterft in 1675. Vanaf 1668 is ze bijgestaan in het bewind van haar bezittingen door Frederik van der Capellen. Daarin bevindt zich een rekening van Jan Luininck, chirurgijn te Hattem, samen met twee soortgelijke rekeningen. Die geven samen een paar inkijkjes in de toenmalige gezondheidszorg en geneeskunst.

Op die manier komt weer een facet uit het rijke Hattemse leven uit de vergetelheid. Leest u maar na! 

Gedetailleerd kunt u volgen wat er allemaal gemankeerd heeft aan mevrouw van Lennep. De schrijver plaatst er z’n verhelderende opmerkingen bij. J.H. Sypkens Smit heeft in ons blad Heemkunde Hattem in 1986 al geschreven over Luininck als stadsheelmeester. Zo vult het ene het andere weer aan.

Sijpkens Smit beschreef al een rekening aan drie of vier van de gezinsleden plus knecht van stadsrentmeester Hans Kops/Hans Coopsen. Snieder vergelijkt deze rekeningen. De toelichting maakt duidelijk waarop de conclusie gegrond is.

Snieder voert nog een derde rekening ten tonele, waaruit blijkt, dat Luininck zich ook laat adviseren door medici uit Zwolle. Uitgaande van deze rekening concludeert Snieder opnieuw. 

Een derde hoofdpersoon blijkt de huisvrouw van Jan Luininck te zijn, die ook diens zakelijke boekhouding verzorgde. De schrijver vraagt tenslotte : “Welke Hattemse genealoog geeft deze vrouw een naam ?”

 

 

 

 

 

Oude beschrijving van Hattem, medegedeeld door A.J. van Asselt.

De heer D.J. Septer heeft diep gekeken op internet en een  stuk uit 1874 aan ons aangeboden van destijds de notaris in Oldebroek, de heer A.J. van Asselt. Het is een fraai voorbeeld van hoe er in een ver verleden met geschiedenis omging.

Teneinde fictie te onderscheiden van feitelijkheid geeft Streekarchivaris Gerrit Kouwenhoven een uittreksel uit het verhaal, van hetgeen wat  mag worden aangenomen als waar.

 Zoekt u de verschillen ? De illustraties zijn indrukwekkend, het verhaal is leuk om te lezen en ons vertrouwen in de waarheidsvinding van Gerrit Kouwenhoven groot.

                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                       

Fotoarchief.

De werkgroep Volskunde laat weer zien aan de hand van de foto van Tima-medewerkers hoe nuttig haar werk is en tot welke resultaten dat leidt. Een plaatje van een uitstapje naar Schiphol vraagt opnieuw te graven in uw herinnering.

 

Gesignaleerd. Redactie.

Enkele recente uitgaven vragen weer uw aandacht.

 

VERENIGINGSNIEUWS.

Bericht van het bestuur.

De voorzitter, de heer H.J.H. van Gelder praat ons als leden weer even bij over de stand van zaken.

De nieuwjaarsreceptie passeert de revue met daarbij de datum van de volgende op zaterdag 5 januari 2013. Enkele actuele zaken komen aan  de orde, waaronder het zoeken naar een nieuwe secretaris. De werkgroep automatisering kan ook versterking gebruiken. Wie o wie ?

 

Nieuwjaarsreceptie.

Het verslag  van de receptie van zaterdagmiddag 7 januari 2012 van de heer E. Andeweg laat zien, dat dit een goed bezochte bijeenkomst was. Het goede en nuttige van onze vereniging kwam aan z’n trekken.

 

De oude spoorbrug 1862-2011.

De heer J.F. de Vries is als afgevaardigde van de Werkgroep Monumenten aanwezig geweest op een bijeenkomst van de  Werkgroep Zwols Industrieel Erfgoed  op 16 december jongstleden in Het Engelse Werk te Zwolle, waarin het door deze werkgroep verzorgde themanummer van de Zwolse Historische Vereniging over de oude spoorbrug werd aangeboden aan de laatste brugwachter, de heer G. Gunnink. De heer De Vries haalt het artikel van de heer A.J. Karssing uit ons vorige nummer aan en beschrijft de inhoud van het themanummer uit Zwolle.

 Twee fraaie illustraties van de brug verluchten de beschrijving, die belangstelling bedoelt te wekken voor deze uitgave. Een exemplaar daarvan kunt u op ons Heemkundecentrum inzien.

 

Dan wordt er nog een Van Dale gezocht, een Goede bestemming aangegeven en  worden de laatste schenkingen vermeld. Voorts het Rooster werkgroepbijeenkomsten van maart tot en met juni 2012 en adres Streekarchief Epe, Hattem, Heerde, Adressen van de vereniging en Colofon.

 

ADVERTENTIES ; Ook nu weer roept Heemkunde Hattem haar leden op te letten op de hoge kwaliteit van de in ons orgaan adverterende zaken.

 

Deze editie is te koop voor € 4,-- bij de Bruna en bij onze penningmeester, de heer W. Goos, telefoonnummer 038-4443435. Aanmelden als lid (kan ook bij de heer Goos) is natuurlijk het beste, contributie € 15,-- per jaar. Dan bent u verzekerd van alle kwartaal-uitgaven van ons blad en trouwens ook van alle faciliteiten !

 

« terug naar overzicht